Arabische kazen van een melkveehouder in Nieuwolda
Maarten van der Meijden | Melkveehouder en eigenaar ‘Dollard Keeze’
Al een aantal jaren maakt melkveehouder Maarten van der Meijden boerenkaas onder de naam ‘Dollard Keeze’. Elke dag wordt de melk van zijn koeien verwerkt tot kaas. Hij doet het met plezier en is er trots op. “Maar het duurt lang voordat er een eindproduct is en je het kunt verkopen. Daarom is het prachtig dat er nu de productie van Arabische kaas bijkomt, die is namelijk in één dag klaar.”
Een vernieuwende toepassing van landbouwproducten
Een Syrische jongen in het dorp bracht Van der Meijden op het idee om Arabische kazen te maken. Hij zocht informatie en al snel bleek dat de processen ambachtelijk en kort zijn.
De keuze valt op vier soorten kaas, die in een aparte productieruimte worden gemaakt. Ze komen op de markt onder de naam ‘Al Aseel’ kaas. Een kijkje achter de schermen leert het volgende:
Baladi wordt gepasteuriseerd, gestremd, geperst, gesneden en gepekeld. Na 1 dag wordt de kaas gevacumeerd en in de koelcel opgeslagen. Msanara is Baladi die nadat het uit de pekel komt 30 minuten verhit wordt in kokend water, waarna het af kan koelen, gevacumeerd wordt en in de koelcel opgeslagen wordt.Mashallala wordt na één dag verzuren verhit tot 82 graden, waarna er een soort Mozarella van wordt gemaakt in sliertjes.
Labney is een soort hangop/yoghurt die in de pasteur wordt verhit tot 94 graden en daarna wordt terug gekoeld tot 40 graden. Vervolgens worden er yoghurtculturen toegevoegd en na vijf uren wordt het geperst. Vervolgens gaat het in emmers of worden er balletjes van gemaakt.
“De LEADER-subsidie was belangrijk voor het wel of niet door laten gaan van de plannen, want hiermee kan ik het gebouw inrichten.”
Om de productie te verbeteren moet Van der Meijden fors investeren in onder andere de aanschaf van een pasteur, tobbe, heaters, tanks, pers, ontromer en een Mashalla machine. Daarmee wordt het werk minder zwaar en ontstaat een hogere productie.
De LEADER-subsidie was belangrijk voor het wel of niet door laten gaan, hiermee kan hij het gebouw inrichten. De machines zijn geleased.
De klandizie voor deze kazen vindt Van der Meijden in Arabische winkels, in Groningen zijn er al vier of vijf. Vol vertrouwen kijkt hij naar de toekomst. “Ik heb een cursus Arabisch gedaan en je komt in een andere wereld, dat is heel leuk.” Met het melkveebedrijf gaat hij gewoon door, net als met de productie van Dollard Keeze. Hij verkoopt jaarlijks zo’n duizend grote kazen van 10 tot 12 kg, onder andere op braderieën, rechtstreeks aan de consument.
Van der Meijden hoopt in de toekomst zes extra arbeidsplaatsen te creëren. Ook is het project een mooie kans om de Arabische cultuur te integreren in de Groningse cultuur én Oost-Groningen bij een internationale doelgroep op de kaart te zetten.
“Ik ben er trots op dat ik deze kans heb gepakt. Het is leuk en prima werken met de Syrische jongen. Hij heeft het karakter om er iets van te maken en veel energie om processen te verbeteren. Ik heb er alle vertrouwen in.”
